Je hebt vast ook wel eens gehoord over de fascinerende fasciae. De laatste tijd wordt hier vaak over gesproken en geschreven. Weet je nog niet precies hoe dit bindweefsel is opgebouwd en welke belangrijke functies het heeft? Wij leggen je alles over de fasciae uit – eenvoudig en duidelijk.
Eén ding is duidelijk: de fasciae spelen een belangrijke rol voor je gezondheid en welzijn. Ze verbinden alle structuren met elkaar en vormen een enorm netwerk, dat zich door je hele lichaam uitstrekt van het oppervlak tot diep vanbinnen. Zo houden ze je lichaam bij elkaar en alle organen op hun plek. Volgens de vooraanstaande de fasciaonderzoeker Robert Schleip wegen de fasciae van de gemiddelde mens 18 tot 23 kilo.
De fasciae werden door de wetenschap en geneeskunde lange tijd enigszins verwaarloosd. Ze werden gezien als een onbelangrijk weefsel dat het lichaam omhult. Alleen enkele vormen van natuurgeneeskunde, zoals osteopathie, maakten in hun behandelingsresultaten gebruik van de fasciae, zonder zich bewust te zijn van de precieze structuur ervan. Tijdens de meeste anatomische onderzoeken werden de fasciae eenvoudigweg verwijderd om bij de dieperliggende organen, botten, zenuwen en bloedvaten te komen, die destijds interessanter werden gevonden.
Pas enkele jaren geleden is dit veranderd. Wetenschappers verdiepten zich steeds meer in de fasciae en leerden hierdoor hoe belangrijk ze zijn. In 2007 vond in Boston het eerste ‘Fascia Research Congress’ plaats, waarbij deskundigen uit de hele wereld voor het eerst hun ontdekkingen deelden. In Duitsland is Robert Schleip een van de toonaangevende de deskundigen op het gebied van fasciae.
Hoewel we tot op vandaag nog steeds niet alles over de fasciae weten, worden ze als een uiterst belangrijke structuur van het lichaam beschouwd. Ze hebben vele functies en kunnen de oorzaak zijn van pijn en functiestoornissen.
Het woord ‘fascia’ komt uit het Latijn en betekent band, bundel of verband.
De fasciae lopen door het hele menselijke lichaam, tot in de diepste regionen. Ze worden gezien als een omhullend en verbindend, fijnmazig en taai, driedimensionaal netwerk. Alle fasciae zijn in zekere zin met elkaar verbonden.
Zo stabiliseren de fasciae het lichaam in statische staande houdingen en dynamische bewegingen tegen de zwaartekracht – of je nu staat, zit of ligt. Ze houden het lichaam rechtop en alle organen op hun plek.
De anatomie van de fasciae is vergelijkbaar met die van ander bindweefsel. Fasciae bestaan in feite uit cellen en wat hier omheen ligt, de extracellulaire matrix. In fysiologische toestand bindt de extracellulaire matrix veel vocht, wat van groot belang is voor haar voornaamste functie in de spier, de beweeglijkheid. Hierdoor blijft het spierweefsel soepel en kunnen de afzonderlijke spiervezels goed langs elkaar glijden.
De fascia bestaat hoofdzakelijk uit twee soorten proteïnes: collagene vezels zijn 2-20 µm dik en geven het weefsel zijn grote trekvastheid. Ze kunnen nagenoeg niet worden uitgerekt. Elastische vezels zijn daarentegen maar zo’n 2 µm dik en zijn zeer rekbaar. Ze kunnen wel twee keer zo lang worden. Naar gelang de combinatie hiervan heeft het fasciaweefsel meer stabiliteit of grotere flexibiliteit.
De totale fascia kan tot 3 mm dik zijn, zoals de Fascia throacolumbalis in de rug of de Tractus iliotibialis aan de buitenkant van het dijbeen. Deze laatste is een soort versteviging van de fascia van het bovenbeen, de fascia lata.
De fasciae van het lichaam worden ingedeeld in drie lagen: de onderhuidse, de diepe en de verbindende laag.
De onderhuidse fascialaag bevindt zich vlak onder de huid en bestaat uit een dicht netwerk van elastische vezels. Hierdoor is deze erg elastisch, zoals noodzakelijk is in het geval van bijvoorbeeld gewichtstoename of tijdens de zwangerschap. De onderhuidse laag omhult het hele lichaam en dient daardoor als een soort ‘communicatiesysteem’. Er lopen lymfevaten en bloedvaten doorheen en ook zenuwbanen en klieren. Daarnaast werkt deze laag als een soort schokdemper.
De diepe fascialaag omgeeft en loopt door spieren, pezen, banden, botten, gewrichten, zenuwbanen en bloedvaten. Deze laag bevat veel collagene vezels. Dit houdt in dat hij vergeleken bij de onderhuidse laag bijzonder trekvast is en weinig elastisch.
Er bestaan afzonderlijke namen voor de individuele fasciae, zoals die van het spierstelsel::
De diepe laag bevat veel receptoren die gespecialiseerd zijn in bepaalde prikkels en ook duidelijk meer dan bijvoorbeeld de spieren. Dat maakt dat het fascianetwerk het grootste zintuig van de mens is.
De verbindende fascialaag zorg ervoor dat de inwendige organen op hun plek blijven zitten. Net als de diepe laag is deze laag ook minder rekbaar dan de onderhuidse laag, want om de organen stabiel te houden, moet zijn spanning nagenoeg gelijk blijven. De verbindende laag omhult bijvoorbeeld de hersenen en het ruggenmerg met de hersenvliezen (meningen), het hart met het hartzakje (pericard) en de longen met het longvlies (pleura).
Fasciae tellen extreem veel receptoren, die uiteenlopende informatie opnemen en doorgeven aan het centrale zenuwstelsel. Vòòr dit inzicht werd de huid als grootste zintuig van de mens gezien. Nu kennen deskundigen deze rol toe aan het netwerk van de fasciae.
De verschillende receptoren hebben naar gelang hun specialiteit afzonderlijke namen:
Er wordt gezegd dat de fasciae een emotionele geheugen hebben. Dat betekent dat ze ervaringen kunnen opslaan, waaronder pijn. Daardoor kan de fascia korter worden en verkleefd raken.
Net als een spier kunnen de fasciae van de diepe laag zich actief samentrekken. Deze bijzondere functie hebben ze dankzij kleine stervormige cellen, de myofibroblasten.
Dit is onder meer belangrijk om de stabiliteit van het lichaam voortdurend te waarborgen. Als deze verhoging van de spanning echter dagen- tot maandenlang constant aanhoudt, kan dat tot een verandering van het fasciaweefsel leiden. Het kan het weefsel stijver maken en bijvoorbeeld de beweeglijkheid van de gewrichten aanzienlijk beïnvloeden. Langdurige mentale stress, langdurige overbelasting of bepaalde voeding kunnen hiervan de oorzaak zijn.
Net als pezen kunnen fasciae op korte termijn energie opslaan en afgeven. Strikt genomen worden de pezen tegenwoordig zelfs tot de fasciae gerekend. Ze dienen daarbij als een verensysteem dat helpt om bepaalde activiteiten zoals springen en sprinten efficiënter uit te voeren – namelijk met minder krachtinspanning van de spieren. Bij kangoeroes zorgt dit er bijvoorbeeld voor dat ze hoger en verder kunnen springen dan alleen met de spieren mogelijk zou zijn. Bovendien helpen fasciae bij de krachtoverbrenging van de spieren aan de botten.