Plaats je spieren in het gebied van de thoracale wervelkolom op de TRIGGER terwijl je staat. Zoek een pijnpunt. Blijf bij de zaak. Ontspan je lichaam. Concentreer je op je ademhaling.
Stand met je rug naar de muur. Plaats de trekker op je billen op een pijnlijk punt. Druk er met je lichaam tegenaan.
Wanneer de pijn afneemt, begin je rondjes om je been te draaien om een mobilisatie tot stand te brengen. De pijn kan verzacht worden door je been in een cirkelvormige beweging te bewegen.
Plaats de trekker op het blok op de vloer. Ga in een lange zit zitten. Leg een been op de trigger. Start met het triggeren van het individuele pijnpunt.
Wanneer de pijn iets afneemt, buig en strek je je knie afwisselend.
Plaats je laterale heup op de TRIGGER in de buurt van de broekzak terwijl je staat. Zoek je pijnplek. Blijf ter plaatse. Concentreer je op je ademhaling.